Schrift 1 - Pagina 20


De Duitsers trekken daar en daar heen,
weer is er een stad bezet.
Het was stralend weer die dag.
Later is er dit vers op dien 10e Meidag
gemaakt
.

Op 'd ochtend van de 10e Mei,
De zon stond aan de kim.
Toen kwam er van de Oosterzij;
een vreemde vijand in.
En velen waren toen paraat.
En vochten hand aan hand,
En menig moedige soldaat viel voor
z'n vaderland

Refrein: Ik denk aan hen, aan hen die zijn gevallen
Ik denk aan hen met diepe medelij
Ik denk aan al die duizendtallen,
die streden, vochten samen zij aan zij

De vijand kwam, ons land verloor
en nam toen Holland in.
Beheerste met z'n sterke macht,
Vol ernst en diepe zin
Ach Nederland, mijn Nederland
Al bent ge nog zo klein;
Schrift 01 - Pagina 020 - Bijlagen en details
Pagina / 069