Groningen, 15 April 1945 Nog buldert het
geschutAlle vuurwapens met uitzondering van handvuurwapens en mitrailleurs. en gieren de granaten!
De lucht is rood bewolkt en bloed bevlekt de straten,
De
tanksGepantserde gevechtswagen op rupsbanden die in het leger worden gebruikt., een ratelvuur van keffende geweren,
Daar komt de Canadees, die d´oorlogskans doet keren!
Wij staan versteend van schrik in deze hel te staren!
Een zenderend gevoel komt door de ziel gevaren!
´t Is de verkropte haat, ´t hartstochtelijk verlangen
Naar vrijheid, die het hart is spanning houdt gevangen!
Een worsteling ontstaat, een strijd op dood of leven!
Steeds is de Groninger zijn gramschap baas gebleven,
Doch nu is zijn gemoed tot barstens toe geladen,
Zijn vuisten zijn gebald, vol hunkering naar daden!
Zoals een handgranaat plotseling kan ontvlammen,
Zo laait in hem de haat, ontdaan van alle dammen,
d´ Ontsteking wordt de start op schandelijke schurken,
Die ´t zieden van zijn ziel tot bloedens zal ontkurken!
Heel die vernedering, die jarenlange knechting,
Die fel doorleden smart, ze vragen om berechting,
Eerst dan zal ´t vrije volk zijn hoogste levenswaarden,
In diepe dank en in ootmoedigheid aanvaarden.
Nadat het Nazidom geslagen ligt aan duigen,
Zal ´t volk zijn fiere hoofd voor den Verlosser buigen,
Zijn saamgekrampte vingers op de kruizen vouwen,
Van heel ons heldendom, tot troost van zijne vrouwen.